Artikelen

Spiritueel misbruik in de leraar-leerling relatie

Het was 1992 toen ik Yogi Bhajan ontmoette in zijn ashram in New Mexico. Mijn toenmalige leraar, Andrew Cohen, was uitgenodigd voor een middagbezoek. We waren ons ervan bewust dat de scène rond Yogi Bhajan behoorlijk mannelijk was. Andrew besloot zes mannelijke studenten mee te nemen.

Toen we de zwaarbewaakte poorten van de ashram binnengingen, verwelkomden sterke, bebaarde mannen met tulbanden en automatische wapens aan hun schouders, ons bij de poort. Een vrij intimiderende eerste indruk. Een vrouw leidde ons naar de privévertrekken van Yogi Bhajan. Alles verliep als een militaire operatie.

We gingen een prachtig ingerichte salon binnen en daar zat Yogi Bhajan in een comfortabele, verstelbare fauteuil. Hij verwelkomde ons terloops en ging verder met de gang van zaken, die voornamelijk leek te bestaan uit een grote verwennerij. Ik heb nog nooit iemand op zo’n buitensporige manier bediend zien worden. Bijna elke minuut bood een vrouw (het waren allemaal vrouwen), gekleed in smetteloze, witte gewaden, hem iets lekkers te eten aan, of een klein glaasje te drinken. Ze veegden zijn voorhoofd of zijn baard af, terwijl een andere vrouw zijn voeten masseerde of hem een stukje chocolade aanbood. Dit ging maar door. Ik dacht destijds dat wij, de studenten van Andrew Cohen, zeer dienstbaar aan de Goeroe waren, maar dit lag op een heel ander niveau.

Uit de gratie gevallen

De bijeenkomst ging verder en ik merkte dat Andrew en Yogi Bhajan het redelijk goed met elkaar konden vinden. Ik wist toen nog niet dat ik tegenover twee leiders van bloeiende spirituele gemeenschappen zat, die uiteindelijk ten onder zouden gaan aan hun eigen machtsmisbruik.

In alle opzichten was Yogi Bhajan toendertijd al verankerd in een systematische botviering van de niet-onderzochte en getraumatiseerde delen van zijn eigen geest. Andrew begon op dat moment dezelfde kant op te gaan.

Andrew Cohen is al lang geleden ten onder gegaan als spiritueel leraar, uiteindelijk werd hij door zijn eigen leerlingen gedwongen om zijn verheven positie op te geven. De gevolgen van zijn teloorgang waren dramatisch. De gemeenschap stortte snel in. Yogi Bhajan slaagde erin de controle over zijn rijk te behouden tot de dag dat hij stierf. Dit ondanks jarenlange beschuldigingen van machtsmisbruik en seksueel misbruik.

Hoe ontstaat geestelijk misbruik?

Hoe is het mogelijk dat iemand die massa’s mensen inspireert en hen diep raakt in de kern van hun hart – zodat zij zelfs hun leven ten dienste stellen – tegelijkertijd zulke enorme tekortkomingen ten toon kan spreiden, alsof er helemaal geen morele basis is? Ik heb lang met deze vragen geworsteld nadat ik werd blootgesteld aan de afschuwelijke neigingen van mijn eigen leraar.

Het is duidelijk dat er geen leerling is zonder een flink aantal eigen tekortkomingen. Maar deze unieke omstandigheden met een spirituele leraar houden gewoonlijk het volgende in:

– een leraar of gids – bedoeld als de belichaming van wijsheid op het pad naar bevrijding,

– en een student die, na grondig onderzoek tot de conclusie komt dat de leraar vertrouwenswaardig is en zijn leven wil wijden aan ‘de grote zaak’.

Het is duidelijk dat de leerling zich in een zeer kwetsbare positie bevindt en zichzelf als het ware in de handen van zijn leraar plaatst.

Het patroon van misbruik

Het patroon is vaak als volgt: eerst is er de ‘wittebroodswekenperiode’ tussen leraar en leerling. Dit kan jaren duren, zodat de leerling goede redenen heeft om een enorm vertrouwen in zijn leraar te ontwikkelen. Maar langzaam en geleidelijk, vaak bijna onmerkbaar, begint het gedrag van de leraar te veranderen.

We moeten hier begrijpen dat de meeste leraren met een oprechte motivatie beginnen om anderen te helpen. Onder de druk van de verantwoordelijkheid die hun positie onvermijdelijk met zich meebrengt, zullen hun eigen onopgeloste kinderpatronen naar boven komen. Ze zijn bijna altijd charismatisch en intelligent, dus de combinatie van extreem egocentrisch gedrag en de kwaliteiten van een echte, zorgzame gids kunnen uiterst verwarrend zijn.

Subtiele veranderingen

Er is een diepe behoefte dat de leraar de ‘iemand die weet’ blijft, degene die ‘de weg voorwaarts’ kan zien voor de leerling. Sommige leraren hebben narcistische neigingen en als die niet onder controle worden gehouden, kunnen deze een zware tol van de leerling eisen. De leraar zal nog steeds de liefde en wijsheid uitstralen die de leerling in de eerste plaats aantrok. Maar nu wordt dit afgewisseld met stemmingswisselingen, ongenoegen over zijn studenten, frustraties en zelfs woedeaanvallen. De toegewijde student zal dit uiteraard interpreteren als ‘strenge liefde’. De leraar is immers de belichaming van liefde.

Ik ken uit eerste hand de innerlijke verwoesting, verwarring en de diepe pijn, wanneer het vertrouwen in iemand die een deur naar het goddelijke voor je opent, misplaatst blijkt te zijn. De deuropening die ooit wenkte, zo vol van het helderste, stralende licht, begint donkerder te worden, de lichten dimmen…

En als reactie hierop ontkennen, rechtvaardigen, rationaliseren we en kijken we weg. Alles behalve het trekken van de onvermijdelijke, op gezond verstand gebaseerde conclusie die indruist tegen alles wat we geloven. Dat wil zeggen, mijn ‘perfecte’ leraar is gebrekkig, zeer gebrekkig, en misschien zelfs een narcistische misbruiker. Wanneer deze patronen een gewoonte worden en vervolgens geaccepteerd  worden, wordt misbruik systemisch.

Ouder-kind / leraar-leerling

In veel opzichten lijken de patronen tussen leraar en leerling op die van ouder en kind. De ouder is almachtig, het kind is volledig afhankelijk. De ouder neemt de rol van de alwetende op zich, de leraar neemt de rol van de alwetende op zich. Helaas, net zoals de meeste ouders verre van alwetend zijn, zijn de meeste leraren, goeroes, priesters, sjeiks, sjamanen, meditatieleraren en pausen ook verre van alwetend.

Geen enkel mens is perfect, alwetend of onfeilbaar. Het gebeurt zo vaak dat we ons eigen innerlijke kompas van goed en kwaad en gezond verstand verliezen op het potentieel transformerende veld van vertrouwen, geloof en overgave aan een hoger principe.

Maar het antwoord op de vraag: ‘hoe is het mogelijk dat een persoon die goddelijkheid, wijsheid en liefde belichaamt, tegelijkertijd zo’n verschrikkelijk gedrag van misbruik kan vertonen, vaak tegenover degenen die het dichtstbij hem staan en het dierbaarst zijn?’, is bijna universeel hetzelfde.

Leraren, goeroes, priesters, sjeiks, pausen en lama’s bezitten misschien prachtige eigenschappen en zijn zonder twijfel voor velen nuttig. Bedenk echter dat ieder mens nog steeds een ‘work-in-progress’ is, met menselijke tekortkomingen en niet-onderzochte persoonlijkheidskenmerken. Het zijn nog steeds mensen die, net als wij, vaak geregeerd worden door (onbewuste) angst, schaamte en schuldgevoel. En dan is het onvermijdelijk dat hun handelingen worden gemotiveerd door onverwerkte,  pijnlijke neigingen uit hun eigen kindertijd.

Stille medeplichtigheid

Iemand publiekelijk kleineren is een veel gebruikte methode. De toehoorders accepteren deze valse minachting. Op deze manier worden alle betrokkenen medeplichtig aan het misbruik. Er ontstaat een cultuur van stilte. Deze stille medeplichtigheid veroorzaakt schaamte en schuldgevoelens en laat diepe littekens achter in de ziel. “Hoe kon ik aan deze wreedheden hebben deelgenomen?”, jammeren we jaren later vol ongeloof. We hadden ons hart gegeven, we wilden zo graag geloven dat we het hoogste goed hadden gevonden. Onze leraar had bewezen zo vol zorg, mededogen, liefde en wijsheid te zijn. En toch…

Alleen een binnenste kring van leerlingen heeft het ‘voorrecht’ om de ‘genade’ te ontvangen van deze ‘harde liefde’ die door de leraar wordt aangereikt als middel voor hun spirituele groei. Wanneer het duidelijk is dat mensen het misbruikgedrag van de leraar ondersteunen, en het in twijfel trekken van het gedrag als een zonde wordt beschouwd, dan is de leraar zo vrij als een vogeltje en kan hij wegkomen met alles.

De last van verantwoordelijkheid

Er zijn veel leraren wier gevoel voor moraliteit en geweten voldoende ontwikkeld zijn om de verleiding te weerstaan om hun duistere impulsen bot te vieren. Helaas zijn er echter mensen die al een rol van verantwoordelijkheid voor anderen op zich hebben genomen, lang voordat ze er klaar voor zijn om die last op verantwoorde wijze te dragen. Deze mensen zullen aan hun eigen, niet onderzochte behoeften, wensen en soms wanhopige verlangens, toegeven. Ze blijven de cyclus van misbruik herhalen die ze zelf hebben ondergaan.

Spiritueel misbruik veroorzaakt, zoals elke vorm van misbruik, diepe littekens. Hoe diep is het verlangen van de ziel om naar huis terug te keren! Het beschamen van de delicate vertrouwensrelatie tussen leraar en leerling is het misbruik van iemands spirituele hart, de bron van het verfijnde verlangen naar het goddelijke. En hoe diep is de zielepijn, wanneer blijkt dat dit vertrouwen misplaatst is.

De gevolgen van geestelijk misbruik

Ik heb mijn eigen verhaal over de complexe dynamiek die zich voordoet in de relatie tussen een spirituele student en zijn gids. Ik maakte veertien jaar lang deel uit van een nieuwe religieuze beweging en was nauw verbonden met de leider. Het kostte me nog eens veertien jaar om te herstellen van de mishandeling die ik heb ondergaan.

Of de schending plaatsvindt in een christelijke, boeddhistische, joodse, islamitische, hindoeïstische of niet-gelieerde omgeving maakt geen verschil. De dynamiek is dezelfde: machtsmisbruik door een inspirerende, charismatische leider, die uitmondt in manipulatie en controle over de levens van de volgelingen.

Als de leider een narcistische inslag heeft, is misbruik nooit ver weg. Het is schrijnend dat spiritueel misbruik een dagelijkse realiteit is voor zoveel mensen, ongeacht hun religieuze overtuiging. De afgelopen twintig tot dertig jaar zijn de voorbeelden van gevallen goeroes of priesters te talrijk om op te noemen.

Degenen die aan de ontvangende kant van geestelijk misbruik hebben gestaan, voelen zich vaak beschaamd, gemanipuleerd, geïntimideerd en vernederd. De gevolgen van geestelijk misbruik kunnen hartverscheurend zijn, zoals bij elk relationeel misbruik. Ze kunnen leiden tot een gebrek aan zelfrespect, verdriet, een laag zelfbeeld, angst, depressie, wanhoop, zelfs zelfmoordgedachten, en ook tot cynisme en woede.

Maar er is iets diepers en nog belangrijker dan dat. Het vernietigt niet alleen ons vertrouwen en geloof in de mensheid, het laat ons ook achter met een diep beschadigde relatie met het Goddelijke. Ons vertrouwen in de bron van het leven zelf wordt aangetast.

De lange termijn schade van geestelijk misbruik mag niet worden geminimaliseerd. Het kan jaren duren om in het reine te komen met wat er is gebeurd. Het is een moeilijke weg om te bewandelen, maar als je die eenmaal op stapt, is er geen weg meer terug. De wond wil zich genezen. Weet alsjeblieft dat al dit lijden nooit tevergeefs en nooit zonder betekenis of zinloos is.

Enkele essentiële stappen om te kunnen herstellen

 

  1. Sta jezelf toe om te rouwen.
  2. Erken volledig het misbruik wat heeft plaatsgevonden.
  3. Deel ervaringen met mede-‘rebellenstudenten’ die de kudde hebben verlaten. Vertrouw op goede, wijze vrienden.
  4. Houd je, leven zoveel mogelijk op orde met werk, netheid thuis, persoonlijke hygiëne, lichaamsbeweging, gezonde voeding.
  5. Bezit vanaf nu uw recht om zeer duidelijke grenzen te hebben. Niemand mag je mishandelen. Je bent vrij om ongemakkelijke situaties te verlaten.
  6. Zelfzorg, zelfzorg, zelfzorg, zelfliefde. Het is echt oké om jezelf te verwennen… Omring jezelf met dingen die je opbeuren, waar je blij van wordt. Badzout, een roos, kaarsen, geuren, goede vrienden, natuur, bergen, stranden, sporten, chi-gung, yoga, muziek en lekkere appeltaart!
  7. Wees bereid jezelf opnieuw te definiëren, geef jezelf de vrijheid om erachter te komen wie nu de echte jij is.
  8. Zoek een goede therapeut of hulpverlener. Wees kritisch in wie je kiest. Zoek een vorm van therapie waarbij het lichaam betrokken is. Vaak heeft ons lichaam behoorlijk geleden onder de belasting. Somatic Experiencing is een nuttige methodologie om ons organisme te bevrijden van traumatisch residu.
  9. Spreek tot God, het Goddelijke, in welke naam of vorm je er ook mee omgaat. Klaag, schreeuw, vloek! Geef je woede en pijn aan Hem/Haar/Het – het behoort daar in de eerste plaats. Het zal je spirituele hart helpen genezen.
  10. Zie jezelf geleidelijk je weg vinden door dit labyrint. Naast alle uitdagingen en pijn zal dit rotsachtige en doornige pad ongetwijfeld veel geschenken en grote zegeningen met zich meebrengen voor je groei, zowel persoonlijk als spiritueel. En dan, wanneer het vertrouwen in het leven en het vertrouwen in het Goddelijke zich in jou herstellen, kun je er zeker van zijn dat je goed op weg bent. Je kunt heel trots op jezelf zijn op de reis die je aan het voltooien bent.

Je zult er rijker uit komen, als een ouder, wijs persoon – hoewel misschien nog jong van jaren – klaar om jouw plaats in dit grote mysterie van het leven in te nemen en je licht te laten schijnen, terwijl de engelen zich verheugen dat je dat doet.

Article nr. 2

Het Kroonjuweel van het Ware Onderscheid – Viveka Chudamani 

(Dit artikel is geschreven ter ere van Philip Renard’s publicatie in het Nederlands van de Viveka Chudamani, een prominent geschrift van de Advaita-Vedanta traditie. Het artikel is gepubliceerd in het najaarsnummer van Sahaja Journal, 2022, van Triveni Ashram en in het Nederlands in Inzicht Tijdschrift, november 2022.)

Het was het jaar 1992. We reden in een ietwat gammele bus in India op weg naar de ‘Gierenpiek’ in Rajgir, één van de favoriete plekken van de Boeddha waar hij graag zijn kamp opsloeg voor het houden van langere retraites. Zo’n 250 zoekers waren naar India gereisd om deel te nemen aan een vierweekse retraite met de nu in onmin geraakte spirituele leraar Andrew Cohen.   

Philip Renard maakte ook deel uit van dit gezelschap zoekers in deze bus, die, als een ongeleid projectiel, van links naar rechts over de weg slingerend, manoeuvrerend tussen alle koeien, geiten, mensen, auto’s en wat zich al niet meer op de weg bevond, toch dichterbij zijn bestemming aan het komen was. Ik was zelf al enkele jaren een toegewijd leerling van Andrew Cohen, Philip was één van de nieuwe mensen die op deze retraite in India zich een helderder beeld wilde vormen van wie Andrew Cohen nu eigenlijk was en wat zijn lering werkelijk te bieden had – deze laatstgenoemde wens zou vlugger in vervulling gaan dan hij misschien had gedacht.  

Ik had enkele keren met Philip gesproken en onze harten hadden elkaar al ontmoet. Ik zat achterin de bus en zag dat voorin, op de eerste rij waar Andrew zat, zich een groep had gevormd. Na verloop van tijd ging ik toch even kijken of ik iets interessants aan het missen was. Ik trof daar een bekend tafereel aan – Andrew, ondersteund door enkele van zijn naaste studenten, was in een verwoed Dharma debat verwikkeld met Philip. Ik luisterde een paar momenten mee. Ik had dit soort gesprekken al vaak langs zien komen. Andrew’s troefkaart was zijn uitnodiging aan iedere zoeker, om je volledig over te geven aan het verlangen om het Absolute te omarmen als je eigen Zelf. 

“Wil je echt meer dan wat dan ook vrij zijn?”, hoorde ik Andrew uitdagend aan Philip vragen. “Ben je bereid om alles wat hiervoor in de weg staat op te geven?”, vervolgde Andrew. “Heb je de moed om alleen te staan in de Waarheid?” Ik ging weer achterin de bus zitten en was benieuwd hoe dit zou aflopen.   

Vele jaren later zou Philip mij vertellen wat een bepalend moment dit voor hem geweest was. De tranen stroomden hem over zijn wangen toen hij de bus uitstapte. Hij had zijn hart uitgestort, niets achtergehouden, naakt het diepst van zijn ziel, met alle hunkering naar Waarheid en Vrijheid, gegeven. Andrew beaamde natuurlijk volledig de oprechtheid van Philip’s verlangen, terwijl hij bleef aanduiden dat het slechts Philip’s ego was wat hem ervan weerhield om volmondig ja te antwoorden op Andrew’s uitnodiging om zich volledig toe te wijden aan het bereiken van verlichting in Andrew’s gemeenschap. Hier was het Ware Onderscheid aan de orde – ondanks de kracht van Andrew’s argumenten bleef er maar iets van binnen aan Philip knagen, wat zei, “Het lijkt allemaal geweldig en toch klopt hier iets niet.” Het Ware Onderscheid dient zich soms aan in een woordloos, ongedefinieerd gevoel. Philip kon dit gevoel, en daarmee zichzelf, niet verloochenen – hij ervoer het als een soort ‘rood lampje’. En hij nam Andrew’s uitnodiging niet aan. Philip had al de moed om alleen te staan in de Waarheid.  

Jaren later zat ik in de auto bij een andere spirituele leraar, Lee Lozowick, op een van de secundaire wegen in midden Frankrijk. Lee had net opgetreden met zijn Blues Band ‘Shri’ op een groot Harley Davidson motorrijders festival, een op het eerste gezicht intimiderende gelegenheid. We reden in een oude VW bus met Lee achter het stuur en Lee reed, zoals altijd, als een speer. Het was al na middernacht en alle andere bandleden, allen leerlingen van Lee, dommelden achterin de bus. Ik zat naast Lee voorin en het was mijn taak om ervoor te zorgen dat Lee wakker bleef achter het stuur. We spraken niet veel op die rit, maar op een gegeven moment leunde Lee naar mij toe en zei met zachte stem: “Harry, iedereen is in de ban van Shakti, niemand is geïnteresseerd in Shiva.” Ik knikte, zei niets, maar deze opmerking werd een baken voor het Ware Onderscheid voor mij.  

Kijk naar Shiva op deze afbeelding, door niets aangedaan, vrij, vredig, verankerd in een weldadige gelijkmoedigheid. “Vergeet Shiva nooit!”, zei Lee tegen me.  

En zie dan Shakti (in dit geval in de vorm van Kali); ze staat bovenop hem, innig verbonden, in een explosie van activiteit, in alle schittering van het leven. 

In de woorden van Jnaneshwar, een groot dichter uit de dertiende eeuw: 

De minnaar (Shiva) is uit grenzeloze liefde 

de geliefde (Shakti) geworden. 

 

Uit liefde voor elkaar versmelten ze, 

en telkens gaan ze uit elkaar  

voor het plezier om twee te zijn. 

  

Ze zitten samen op dezelfde grond 

en zijn gekleed in hetzelfde gewaad van licht. 

Van oudsher hebben ze zo geleefd, 

verenigd in gelukzaligheid. 

 

Verschil zelf versmolt in hun zoete eenheid 

toen het, in het aangezicht van hun intimiteit, 

geen dualiteit kon vinden. 

 

Door God bestaat de Godin 

en zonder haar, is Hij niet. 

Ze bestaan alleen vanwege elkaar. 

 

Twee luiten: één noot 

Twee bloemen: één geur 

Twee lampen: één licht 

 

Twee lippen: één kus 

Twee ogen: één zicht 

Deze twee: één universum 

Hoe zoet is hun verbintenis! “

Hoe kan het, dat iets wat, in Philip’s woorden, “niet-iets” is, iets wat onmogelijk in een denkbeeld weergegeven kan worden, toch ontwaard kan worden en ons ten diepste kan ontroeren? “Kom tot eigen stelligheid”, begint Philip op de eerste bladzijde van zijn prachtige vertaling van de Viveka Chudamani. Moge dit Kroonjuweel van het Ware Onderscheid je toebedeeld worden. Deze eeuwenoude tekst gaat over niets anders dan tot eigen stelligheid te komen wat betreft, zoals Philip het zo mooi omschrijft, het onderscheid tussen “het vormloze” en “het nu even deze vorm aannemende”, of,  “dat wat altijd al het geval is (en altijd al vrij)” en “datgene wat tijdelijk is, wat herhaaldelijk de suggestie van onvrijheid kan wekken.” 

Philip is een woordkunstenaar in de Nederlandse taal van de eerste orde. Hij slaagt erin, door de originaliteit van zijn interpretaties in prachtig, rijk Nederlands, om de ’zelf-lichtende werkelijkheid’, door middel van de ‘spiegel van het woord’, te doen oplichten in de diepten van het hart. Het brengt een innerlijke glimlach van herkenning teweeg en vaak een traan van ontroering. Ik geniet van zijn vaak verrassende woordkeus die keer op keer de deur opent naar het “onmiddelijke inzicht van het Verschilloze”, het grootste geschenk wat iemand in dit leven kan ontvangen. Deze prachtige vertaling van de Viveka Chudamani in het Nederlands, met zoveel zorgvuldigheid en groot geduld geschreven, mag dan bestemd zijn voor inderdaad de relatieve enkeling, maar deze zal er dan ook grote vreugde aan ontlenen.     

IMG_0133.jpg

 

 Artikel nr. 3

Het belang van Dharma

Harry onderzoekt de verschillende definities van dharma en legt uit hoe het bij de kunst van het leven gaat om het bewaren van een delicaat evenwicht daartussen.

Met het verlangen naar Waarheid
Zijn we in deze wereld geboren.
Het is het juweel in het hart
Dat reeds bij de geboorte straalt.

Dharma: onze gegeven natuur

Alles in het leven volgt zijn gegeven aard. De vogel zal een vogel zijn en doen wat vogels doen. De slang zal een slang zijn en doen wat slangen doen. De vogel is trouw aan zijn dharma en dat geldt ook voor de slang en alle wezens. Alleen de mens – deze prachtige en verbijsterende schepping – begiftigd met het vermogen om zelfbewust te zijn, kan tegen zijn eigen gegeven natuur, tegen zijn eigen dharma ingaan. En we gaan tegen onze natuur in – soms zelfs heftig.

Dharma: onze plaats in de totaliteit van het leven

Inheemse volkeren hebben de verbinding met hun plaats binnen de totaliteit van het leven niet verloren, wat een andere definitie van Dharma is. Ze hebben een scherp besef van de onderlinge verbondenheid en onderlinge afhankelijkheid van alle dingen. Moderne mensen hebben echter, als product van de technologisch geavanceerde samenleving, hun complexe verbinding met de heilige heelheid van het leven vrijwel verloren. Het resultaat hiervan kunnen we allemaal ervaren. De lucht die we inademen, het water dat we drinken, het voedsel dat we eten, de fundamentele bronnen van het leven zijn allen in het proces van vergiftigd te worden. De grote leugen dat we moeten consumeren om gelukkig te zijn,  veroorzaakt een enorme stress en een toxisch klimaat in het binnenste van onze kinderen.  Ze hebben allemaal een giftige omgeving gecreëerd waaruit bijna niet meer te ontsnappen is. Het is niet nodig om dit punt verder te beschrijven, dit weten we allemaal. De wereld die we aan onze kinderen nalaten, heeft veel herstel nodig. En hetzelfde geldt voor de mens.

“Jij bent de wereld”, verklaarde de grote J. Krishnamurti hartstochtelijk. De toestand van onze planeet is slechts een weerspiegeling van de mentale toestand waarin de mensheid als geheel zich bevindt, waarbij de ‘ontwikkelde’ landen voorop lopen. We zijn het contact met de natuur kwijtgeraakt, we zijn het contact met het goddelijke kwijtgeraakt en we zijn het contact met onszelf kwijtgeraakt. We moeten onze verbinding met de natuur herwinnen; onze verbinding met het goddelijke en daarmee zullen we de verbinding met onszelf hervinden. Dit is de sleutel. En deze drie wijzen op één woord: Dharma.

Dharma: ons aangeboren gevoel van goed en kwaad

Er is nog een andere betekenis van het woord dharma – misschien het best vertaald als geweten. Dit is ons aangeboren gevoel van goed en kwaad. Het is aangeboren voor alle mensen. Het is onze hoogste waarde, of zou dat moeten zijn, maar tegenwoordig komt het vaak op de tweede plaats na ons verlangen naar persoonlijk gewin. Dit is zowel op individueel als op bedrijfsniveau merkbaar. De schade die we bereid zijn toe te brengen aan de planeet en aan elkaar, om de voortdurende cyclus van materiële winst voort te kunnen zetten, is een probleem waar de volgende generaties mee te maken zullen krijgen.

En toch wordt ook vandaag de dag ieder kind geboren met dit aangeboren ‘weten’ van goed en kwaad, een Dharmagevoel dat rustig in de borst van ieder mens zit, als een goede, bescheiden vriend.

De vier definities van dharma in de Indiase geschriften

In de Indiase geschrift teksten wordt dharma verdeeld in vier aspecten:

Samanya-dharma

Dit zijn de universele waarden die in de structuur van de werkelijkheid zijn geschreven. Er heerst een universele verwachting dat we elkaar niet zullen kwetsen, bedriegen of belasteren. Ik lieg niet tegen je omdat ik niet wil dat ik voorgelogen wordt.

Svadharma

We zijn allemaal geconditioneerd om op een bepaalde manier in de wereld te handelen. Zakenmensen kunnen bijvoorbeeld elke situatie als een kans zien, empathische mensen kunnen vragen of ze kunnen helpen, en criminelen zullen kijken of ze gemakkelijk geld kunnen verdienen zonder gepakt te worden. Sommige mensen hebben echter een brandend verlangen om bevrijding te zoeken, de geest te bevrijden en hun eigen aard te verwezenlijken.

Alle levende wezens volgen hun natuur. Zoals hierboven al is gezegd, kunnen alleen mensen, begiftigd met introspectie en vrije wil, afwijken van hun gegeven natuur. Maar anders willen zijn dan hoe het leven ons heeft gevormd, is niet nuttig of bevorderlijk voor succes en geluk. De manier waarop het leven ons heeft gevormd is de set kaarten die we hebben gekregen om te spelen in het grote tapijt van het leven. Het is beter om het te accepteren en ervan te houden, en voorzichtig te werken aan die delen die enige verbetering kunnen gebruiken.

Vishesha-dharma

Vishesha-dharma is het passende antwoord op een bepaalde situatie met zijn specifieke omstandigheden en omstandigheden. Hier is discriminatie essentieel, omdat we de omstandigheden waarin we ons bevinden moeten interpreteren, waarbij we de universele waarden en de neigingen van onze eigen natuur in gedachten moeten houden.

Hierdoor zijn wij in staat adequaat en gepast op een situatie te reageren, maar dit is niet altijd eenvoudig. Het leven kan vol complexiteit zijn en kan van ons de bereidheid vragen om onszelf keer op keer aan te passen en opnieuw aan te passen, zodat we onszelf zo goed mogelijk kunnen blijven afstemmen op de dharma van elke situatie.

Dharma – je ware aard

Dharma met een hoofdletter ‘D’. Het is het Zelf of je echte ‘ik’ – de stille getuige. Zoals spiritueel leraar Rupert Spira zegt: “De ontdekking dat vrede, geluk en liefde altijd aanwezig zijn en volledig beschikbaar zijn voor ons op elk moment van ervaring, onder alle omstandigheden, als ons eigen Zelf, is de belangrijkste ontdekking die iemand in zijn leven kan maken”.

Om de Vedanta-leraar Christian Leeby te parafraseren: “het balanceren van je eigen waarden met universele waarden in elke unieke situatie die het leven je biedt – is de kunst van het leven.”

Elk ecosysteem is afhankelijk van een delicaat evenwicht van al zijn onderdelen. Het met een zuiver geweten observeren van universele en persoonlijke waarden is ook de manier waarop we als mens dat evenwicht kunnen bewaren. Wij dragen bij aan het geheel, in plaats van eruit te halen. Wij spelen onze rol waarvoor wij bestemd zijn, niets meer en niets minder. En daarbij laten we, zoals de Soefi’s zeggen, een spoor van de zoete geur van de Dharma achter.